Achteraf bezien had Martijn al op de middelbare school zijn eerste wanen, maar dat had toen nog niemand door. De wanen werden erger en uiteindelijk raakte Martijn alles kwijt. Maar hij kwam sterker terug dan ooit. ‘In een paar jaar ging ik enorm vooruit.’

"Als puber droomde ik heel soms weleens weg tijdens de schoolpauzes, dan belandde ik echt in een andere werkelijkheid. Omdat het maar heel weinig voorkwam, deed ik er niets mee. Nu weet ik dat het mijn eerste wanen waren: grootheidswanen, achtervolgingswanen. Toen ik ging studeren, liep ik vast. De universiteit bood weinig structuur, dat werkte niet voor mij. Ook in het communiceren met medestudenten was ik niet zo goed. Ik haalde mijn propedeuse net niet.”

Ruzie

“Ik kreeg verschillende baantjes in de journalistiek en reclame. Het werk lag me goed, maar sociaal was ik niet zo sterk. Ik maakte steeds meer ruzie met collega's, vrienden en familie en vereenzaamde. Achteraf bleek ik in die tijd vol te zitten met wanen. Een jaar lang liep ik psychotisch rond, zonder behandeling. Pas daarna werd ik opgenomen. In de eerste instelling werd ik een week in de separeercel gezet, in de tweede instelling mocht ik gewoon naar mijn eigen kamer en meedoen met lunch en avondeten – een wereld van verschil. Wel had ik dwangmedicatie nodig, dat hielp heel snel. Al na anderhalve dag was ik weer helder; een vreemde gewaarwording."

Alles kwijt

“Toen ik weer naar huis mocht, was ik alles kwijt: mijn huis, mijn baan en mijn vrienden. Na een tijdje bij mijn ouders gewoond te hebben, maakte ik een nieuwe start: ik ging weer op mezelf wonen en begon met werken en studeren. Alles ging zo goed, dat mijn behandelaren na drie jaar besloten dat mijn medicatie en begeleiding wel konden stoppen. Al snel werd ik weer psychotisch. Pas na twee opnames was ik weer bij de les, ik zat echter zwaar onder de medicijnen en was heel depressief en lusteloos. Een psychose kost veel kracht van je hersenen, ik sliep veel en dacht vaak aan de dood. Het was echt een ellende."

Eye-opener

“Als onderdeel van mijn herstel begon ik met vrijwilligerswerk bij Info-Meer, maar ik had er nauwelijks energie voor. Op advies van de spv'er van het FACT-team  volgde ik de cursus 'Herstellen doe je zelf'.  Dat was echt een eye-opener. Ik ontmoette mensen die al zeven jaar uit de kliniek waren; ze hadden het over werk, het afbouwen van medicijnen en relaties. Voorzichtig vroeg ik aan mijn psychiater of ik mijn medicijnen ook kon minderen, al had ik daar slechte ervaringen mee. Toen hij zei dat het verantwoord was, besloot ik het te doen. Snel voelde ik me actiever en levendiger. Ik nam meer taken op me bij Info-Meer en ging ook bij FAMEUS aan de slag. Daar heb ik grote stappen gezet, ik heb nu een betaalde baan als communicatiewerker. Ik slik alleen nog een antipsychoticum, dat ook een afvlakkende werking heeft. De rust die ik daardoor voel, wil ik nooit meer kwijt."