Bijzonder aan de samenwerking tussen GGz Breburg en CZ is dat deze niet is ingegeven door de traditionele in- en verkooprelatie, maar dat we met langdurige intensieve samenwerking, een zogenoemde duurzame coalitie, de zorg samen willen verbeteren. Belangrijk aandachtspunt is het verkorten van de wachtlijsten.
GGz Breburg pakt de wachtlijsten aan met de oprichting van Mentale Gezondheidscentra. Mensen die door hun huisarts vanwege psychische klachten worden doorverwezen, krijgen daar eerst een verkennend gesprek om in te schatten wat voor hen de best passende hulp is. Dat kan een vorm van ggz zijn, maar regelmatig blijkt dat ook andere mogelijkheden helpend kunnen zijn voor hun klachten zoals bijvoorbeeld bemiddeling naar het sociale domein of andere ondersteuning. Zo’n 25 procent van de mensen blijkt op een andere manier dan ggz geholpen te kunnen worden.
Voor deze baanbrekende aanpak moesten zowel CZ als Breburg de zekerheid loslaten van het vergoeden op basis van geleverde zorg. In plaats daarvan spraken zij een vergoeding af op basis van de uitkomsten. Bereikt Breburg de resultaten met minder dan de afgesproken kosten, dan deelt men het verschil met CZ wat is bespaard. Zijn de beoogde resultaten behaald maar heeft Breburg meer budget en vergoeding van zorg nodig dan afgesproken, dan draagt CZ daaraan bij. Niet het aantal behandelingen telt, maar de doelen waaronder met name de mate waarin de wachtlijsten worden teruggedrongen.
“Met het investeren in goede expertise aan de voorkant en domeinoverstijgend werken, voorkom je dat mensen lang moeten wachten op zorg terwijl de kern van hun probleem elders ligt”, zegt Breburg-bestuurder Julliette van Eerd. “Uiteindelijk willen we mensen met klachten zo snel mogelijk bemiddelen naar de juiste hulp, binnen of buiten de ggz.” Breburg kan zo met de beschikbare behandelcapaciteit meer cliënten helpen, verwacht Van Eerd: “We kijken naar wat kan en waar de hulpvraag ligt, en zoeken naar alternatieve mogelijkheden naast het direct diagnosticeren en behandelen. Daarvoor is juist de expertise van onze professionals essentieel. Daarnaast blijven zij uiteraard keihard nodig voor degenen die niet op een andere manier dan specialistische behandeling geholpen kunnen worden.”